En wat met de “brussen” ?

De ernstige ziekte van een kind treft het hele gezin. Het zieke kind is ontredderd, maar de broers en zussen ook. Hun hele wereld staat op zijn kop.

Dat roept uiteenlopende gevoelens. Men zoekt naar de zin van dit alles, ervaart een falen, angst, woede, hulpeloosheid en zelfs schuld.

De ziekte van het kind plaatst de ouders voor nieuwe verantwoordelijkheden, taken en onvoorziene omstandigheden. Ze krijgen het moeilijk om het gezinsleven te organiseren indien ze geen beroep kunnen doen op derden: naaste familie, vrienden, schoolnetwerk, verschillende professionals…. Het gezin moet zich aanpassen aan een situatie die alles op losse schroeven zet.

Het kan nodig zijn om de broers en zussen door deze moeilijke periode heen te helpen, door te praten binnen het gezin, maar ook met aangepaste professionele hulp. Misschien willen ze weten wat er gebeurt met hun broer of zus. Of misschien willen ze net niets weten. Er bestaat een oplossing voor elke behoefte.

Sommige ziekenhuizen organiseren praatruimtes, kunsttherapie-workshops, activiteiten voor de gezinsleden van zieke kinderen. Zo voelen de kinderen zich niet alleen, kunnen ze hun gevoelens uiten, gelijkgestemden ontmoeten.

Aarzel niet om op het multidisciplinaire zorgteam in het ziekenhuis af te stappen of de psychologen aan te spreken… Ze zijn er om u te helpen en te begeleiden. Zij kunnen individuele of groepsgesprekken met het gezin voorstellen.

 

→ Meer lezen : Het boekje ‘Broers en Zussen, in en om het ziekenhuis’ is een echt doe-boekje, bedoeld voor kinderen van 7 tot 12 jaar.