Nieuws

Mentale gezondheid: naar een betere overgang van jongere naar volwassene

Het beter voorspellen van de evolutie van de mentale gezondheid van jongeren die de volwassen leeftijd bereiken, dat is de doelstelling van twee universitaire leerstoelen ‘Psychiatry in Transition’. Die werden onlangs voorgesteld aan het grote publiek. De ene aan de KULeuven is Nederlandstalig (‘Youth in Transition : Mental Health in a Challenging Period’). De andere is Franstalig (‘Psychiatrie de Transition dans un Monde en Transition’) en kwam er op initiatief van het Universitair Kinderziekenhuis Koningin Fabiola, het Erasmusziekenhuis, het Universitair Ziekenhuis Brugmann en de Dienst voor Geestelijke Gezondheidszorg van de ULB.

De beide academische structuren hopen snel interdisciplinaire onderzoeksprojecten op het getouw te zetten dankzij de 600.000 euro steun per vier jaar en per leerstoel, toegekend door het Julie Rensonfonds, het Koningin Fabiolafonds en de Koning Boudewijnstichting. Het doel? De resultaten vertalen naar het vakgebied, maar ook onderwijs en kennis delen betreffende overgangspsychiatrie, een vakgebied op het kruispunt van de zorg in de kinder- en volwassenenpsychiatrie. Een innovatieve aanpak, zowel inhoudelijk als formeel.

“Naar schatting“10% van de jongerenpopulatie zal ernstige aandoeningen ontwikkelen”

Prof. Delvenne, hoofd van de afdeling kinderpsychiatrie van het UKZKF en houder van de leerstoel voor de ULB, zegt in een recent persbericht dat er dringend transitieoplossingen moeten gevonden worden voor jongeren die risico’s lopen op volwassen leeftijd: “Momenteel wordt geschat dat in België 10% van de jongerenpopulatie ernstige aandoeningen zal ontwikkelen. Naar schatting zou ook 5% van de bevolking nood hebben aan een interventie. Transitie is een belangrijk maatschappelijk thema.”

Diverse doelstellingen: meer inzicht in de behoeften, betere zorg, innoveren, informeren…  

 Het doel van de leerstoel aan de ULB is drievoudig :

  • Het beter begrijpen van de behoeften van jongeren tijdens de meest kwetsbare periode van hun leven, in de late adolescentie en de vroege volwassenheid;
  • Om de onderbreking in de continuïteit van de zorg en de ondersteuning van de klinische afdelingen voor kinderen, jongeren en volwassenen, te compenseren;
  • Innoveren in de zorg voor jongeren, aangepast aan hun levensfase en aan de huidige tijd.

Voor de nieuwe leerstoel aan de KULeuven wijken de doelstellingen lichtjes af, al blijft er een duidelijke link:

  • Meer kennis vergaren over de ontwikkeling van mentale gezondheidsproblemen en de weerbaarheid van jongeren;
  • De huidige zorg verbeteren door hem beter aan te passen aan hun levensstijl;
  • De organisatie van de zorg bij jongeren optimaliseren: welke hindernissen ontmoeten ze op hun weg? Welke verbeteringen stellen ze voor?
  • Informatietools voor jongeren, hun gezin, de betrokken organisaties en de zorgverstrekkers ontwikkelen.

Actie-onderzoek methodologie

In eerste instantie zullen de teams aspecten identificeren die kunnen bijdragen tot de psychopathologie tijdens de overgangsleeftijd, maar ook de elementen die aantonen dat een jongere de zorg zal moeten verderzetten om de juiste ondersteuning beter te plannen. In dit kader zullen onderzoekers (kinder)psychiaters verschillende groepen jongeren (tussen 17 en 20 jaar) ontmoeten die op zoek zijn naar psychiatrische of psychologische hulp, al dan niet afhankelijk van de jeugdzorg, en zullen ze verschillende psychologische, emotionele en sociale kenmerken beoordelen, evenals hun levensgeschiedenis, cognitieve capaciteiten en leervermogen, verslavingen, enz… Zij zullen gedurende twee à vier jaren opgevolgd worden op gebied van sociale integratie en autonomie, maar ook op gebied van een eventuele vraag naar psychiatrische zorg. Op basis van dit onderzoek zullen onderwijs- en kennisuitwisselingsactiviteiten worden ontwikkeld. Daarnaast zal preventieve bijstand worden voorgesteld of andere specifieke interventies voor jongeren en hun gezinnen om de overgang van de zorg te dekken.

Innoveren voor een betere opvolging en kwaliteit van de opvang van jongeren in de overgang

Ook op het gebied van onderzoek is de vorm van dit project innovatief. “Het is een paradigmaverschuiving in het onderzoek. Deze in actie verankerde methodiekkeuze zal ons hopelijk helpen om zowel onze kennis, onze methoden, onze systemen als onze resultaten op het gebied van de kwaliteit van de zorg en de begeleiding van jongeren in transitie uit te breiden. Deze invalshoek maakt het mogelijk om verder te gaan dan de psychiatrische pathologie en na te denken over de invloed van psychologisch welzijn op hun toekomstige volwassenheid. Het in kaart brengen van risicofactoren maakt het mogelijk om nieuwe wegen voor te stellen; en met een degelijk mechanisme voor het delen van kennis tussen professionals en communicatie met families, denken we zelfs de ontwikkeling van meer acute pathologieën bij bepaalde patiënten te kunnen voorkomen,” legt Prof. Delvenne uit.

Ook bij de KUL staat innovatie centraal, want daar zal men gebruik maken van virtual reality bij het onderzoek. Dit om de ontwikkeling van psychopathologische aandoeningen in de overgangsperiode positief te beïnvloeden, of zelfs te voorkomen.

 

Een Franstalig symposium ‘Quels Soins Psy pour la Transition?’ wordt georganiseerd op de campus van de Faculté de Médecine van de ULB en het Erasmus Ziekenhuis op 15 mei 2020 met alle Franstalige partners.

De Brusselse ziekenhuizen bespreken hun organisatie binnen ‘locoregionale ziekenhuisnetwerken’

De wet van 28 februari 2019 tot wijziging van de ‘gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, wat de klinische netwerking tussen ziekenhuizen betreft’, trad normaal gezien in werking op 1 januari 2020. Elk ziekenhuis wordt verondersteld deel uit te maken van een locoregionaal netwerk, dat tussen de 400.000 en 500.000 patiënten moet omvatten.

Vlaanderen zal niet meer dan 13 netwerken tellen, voor Wallonië zijn er 8 voorzien en voor Brussel 4.

De politieke autoriteiten willen het aanbod rationaliseren door de instellingen aan te moedigen om meer samen te werken. Zo zullen de ziekenhuizen binnen een netwerk bijvoorbeeld de verschillende vormen van zorgverstrekking onderling verdelen. Men zal gezamenlijk investeren in onderzoeksapparatuur enz, maar de netwerken moeten ook de toegankelijkheid tot basiszorg verzekeren binnen hun volledige regio.

De meer gespecialiseerde zorg wordt op bovenregionaal niveau geregeld in een beperkt aantal referentiesites. De lokale netwerken kunnen conventies afsluiten met deze referentiepunten.

De détails van deze reorganisatie, zoals de vergunningsnormen, liggen nog niet vast, maar in de eerste fase moeten de ziekenhuizen zich uitspreken over de samenwerking van hun voorkeur.

De gesprekken tussen de ziekenhuizen in Brussel blijken ingewikkeld. Een netwerk van christelijke ziekenhuizen begint zich af te tekenen met de Universitaire Ziekenhuizen Saint-Luc, Kliniek Sint-Jan, de Europa Ziekenhuizen en Saint-Pierre in Ottignies (Waals-Brabant).

Een tweede, Nederlandstalig netwerk zou UZ Brussel groeperen met ziekenhuizen uit de regio Halle-Vilvoorde.

Op vandaag hebben sommige ziekenhuizen nog niet meegedeeld tot welk locoregionaal netwerk zij willen toetreden: Erasmus Ziekenhuis (ULB), Chirec (met meerdere sites, zoals Delta in Oudergem, Sint-Anna Sint-Remi op het grondgebied van Anderlecht en een ziekenhuis in Eigenbrakel), en ook de IRIS Ziekenhuizen (UMC St-Pieter en het Bordet Instituut in het centrum, het Brugmann Ziekenhuis en het UKZKF in Jette) en de IRIS Ziekenhuizen Zuid (Ziekenhuis Etterbeek-Elsene, Paul Brien Ziekenhuis in Schaarbeek en de Joseph Bracops site in Anderlecht).

De Brusselse regering bekijkt momenteel de mogelijkheid om een enkel groot giganetwerk te creëren en een ontwerpbesluit uit te werken, waardoor private en openbare ziekenhuizen zouden kunnen samenwerken. Dit is nu nog niet mogelijk. In de woorden van minister voor Gezondheid Alain Maron: “Dit is een complexe en gevoelige materie. We moeten iedereen geruststellen”.

Ondertussen blijkt dat het vooruitzicht op een ziekenhuismastodont, die op voor het beheer gedeeltelijk afhankelijk zou zijn van de overheid, de beheerders van private ziekenhuizen zoals Erasmus en CHIREC zou kunnen afschrikken. Er zijn nog verschillende mogelijke scenario’s, zoals het groeperen van Erasmus en Chirec binnen een netwerk. Maar dat is dan weer ingewikkeld omwille van de historische samenwerking tussen Erasmus en enkele ziekenhuizen uit het centrum, zoals het project rond het Kankercentrum van de 21ste eeuw tussen Erasmus en het Bordet Instituut.

Andere mogelijke denkpistes: gezien zijn omvang zou Chirec op eigen benen kunnen blijven staan, terwijl Erasmus de krachten bundelt met openbare ziekenhuizen. Chirec kan ook in zee gaan met de IRIS Ziekenhuizen Zuid. De onderhandelingen lopen nog volop.

Hospichild is er even tussenuit tot 6 januari – Fijne feestdagen!

Beste pediatrische professionals, beste ouders,

 

Het kleine team van Hospichild is er tijdelijk niet van 16 december tot en met 3 januari vanwege de renovatie van onze lokalen.

We zijn weer present vanaf 6 januari om uw vragen te beantwoorden en u te informeren over de thema’s met betrekking tot gehospitaliseerde, zieke kinderen en kinderen met een handicap in het Bsrussels Hoofdstedelijk Gewest.

We wensen u alvast fijne feestdagen, omringd door uw geliefden.

 

Emmanuelle Van Besien en Sofia Douieb

 

UZ-ziekenhuis opent binnenkort zijn opvangcentrum voor gezinnen met gehospitaliseerde kinderen

{Een article van UZ Brussel}

In de loop van december opent het allereerste Ronald McDonald Huis in België zijn deuren op een boogscheut van het UZ Brussel. Het Ronald McDonald Huis biedt er gezinnen met een ziek of zorgintensief kind een warm en gastvrij verblijf.

Ronald McDonald Huis – Kamers – © PVH Media

Het Huis werd gerealiseerd dankzij de steun van talrijke sponsors. Samen met de pers kregen zij op 28/11 alvast een preview.

Een Huis ‘zoals Thuis’

Het Ronald McDonald Huis beschikt onder meer over tien gastenkamers met privé badkamer, een woonkamer, een keuken en eetkamer. Het Huis wordt geleid door een Huismanager. Daarnaast zorgt een grote groep vrijwilligers voor het reilen en zeilen van het Huis. Dankzij hen is het Huis een echte Thuis: een plek om te ontspannen, weg van het ziekenhuisbed, waar ouders even tot rust kunnen komen en zich 100% kunnen focussen op het allerbelangrijkste: de gezondheid van hun kind.

Ronald McDonald Kinderfonds

Het Ronald McDonald Huis is een initiatief van het Ronald McDonald Kinderfonds. Voor meer informatie over deze dit Fonds, surf naar www.kinderfonds.be.

Meer info?

→ Bezoek de webpagina van het Ronald McDonald Huis.

Buitengewone koren: zang als factor voor de inclusie van verschillen

Artiste émoi, Equinox en Singing Molenbeek. Deze drie ‘buitengewone’ koren zongen samen op woensdag 20 november in het Huis van Culturen en Sociale Samenhang van Sint-Jans-Molenbeek. Een unieke ontmoeting, waarbij een vijftigtal kinderen uit kansengroepen (met autisme of opgevangen in jeugdinstellingen) het podium opstapten om op te komen voor het verschil.

“Samen zingen is geweldig en ontroerend. Ik ben dolenthousiast over dit prachtige initiatief”, vertelt Marie Paule Blum, de oprichter van vzw Autistes et Artistes, net voor de aanvang van het concert. “Kinderen in kwetsbare situaties en kinderen met een beperking of met gedragsstoornissen samenbrengen om te zingen is zowat de doelstelling van Equinox, en die hopen we in een al dan niet nabije toekomst waar te maken. Dit concert heeft voor ons dus een grote symbolische waarde,” bevestigde Laura Wiatr van vzw Equinox, die bij de voorstelling ook sprak met Hospichild.

Singing Molenbeek

Beide koren kwamen naar de thuishaven van de kinderen van vzw Singing Molenbeek (‘Zingen om samen te leven’) voor een ontroerende samenzang met een vijftigtal jonge talenten met elke denkbare sociale en culturele achtergrond. Een vrolijke smeltkroes en een heuse ode aan de verschillen, die werd afgerond met een werkelijk onvergetelijke versie van ‘Don’t worry be happy’!

Zingen en autisme

Olivier (16 j.) heeft autisme. Hij zingt sinds 2015 bij het koor Artiste émoi (het koor van vzw Autistes et Artistes) en trad al vijftien keer op. Zijn moeder Marie-Paule Blum stelde vast dat muziek een ontspannend en rustgevend effect heeft op Olivier. Zo rijpte bij haar het idee om kinderen met autisme samen te laten zingen om hun ontplooiing te bevorderen. En daar liet ze het niet bij, want ze schreef ook de tekst van de twee ‘grootste hits’ van het kinderkoor: ‘La différence, quelle drôle de danse’ en ‘Des mots pour toi aussi’. Positieve teksten die autisme omschrijven als een verrijking en die de banden tussen broers en zussen in de verf zetten.

Artiste émoi

“De oprichting van het koor was zowel gunstig voor de kinderen (persoonlijke ontplooiing, solidariteit, delen, zelfvertrouwen…) als voor de ouders, die zich minder alleen voelen en ervaringen kunnen uitwisselen met andere gezinnen in een gelijkaardige situatie”, stelt de drijvende kracht achter vzw Autistes et Artistes.

Het jonge zangtalent voelt zich beter in zijn vel en oprecht gewaardeerd, maar het vervult tegelijk een ‘opdracht van openbaar nut’: als betrokken partij en ervaringsdeskundige brengen ze een belangrijke maatschappelijke boodschap en geven ze een stem aan wie te maken krijgt met autisme in het bijzonder, of een beperking in het algemeen. Van beide nummers werd een clip opgenomen om te vertonen bij tal van gelegenheden (lessen godsdienst of moraal, in scholen voor buitengewoon onderwijs, tijdens Werelddagen Autisme, bij de aftiteling in de bioscoop of op de radio…) als sensibiliseringstools.

Naast het koor organiseert de vzw uit Luik ook activiteiten voor kinderen of jongeren met autisme: theaterworkshops, filmstages…

(→ Wilt u de vzw steunen? Kies voor solidair winkelen in Why Not? (Luik), doneer bij evenementen of stort een vrije bijdrage op rekeningnummer BE15 0017 6235 7230 – BIC GEBABEBB…)

De zes buitengewone koren van Equinox

De gerenommeerde pianiste Maria João Pires had een wens: kinderen of mensen zonder toegang tot kwalitatief muziekonderwijs de kans bieden om te zingen. In 2012 mondde dit uit in de oprichting van vzw Equinox onder de vlag van de Muziekkapel Koningin Elisabeth. De vereniging omvat vandaag zes koren met een gemeenschappelijk doel: iedereen de kans geven om zich muzikaal te ontplooien. “Het is bekend dat muziek, en zeker zingen in koor, op tal van gebieden een gunstige invloed uitoefent. Denk maar aan openstaan voor anderen, een goed zelfbeeld ontwikkelen, persoonlijke ontplooiing…,” benadrukt Laura Wiatr, de oprichter van Equinox.

Equinox

De vereniging bestaat dus uit zes koren, verspreid over het hele land (en zelfs daarbuiten). Daarvan is het Brusselse koor Equinox, dat ook meewerkte aan de voorstelling in Molenbeek, het grootste. Het bestaat uit kinderen uit verschillende opvangstructuren en scholen, zoals Het Koninklijk Atheneum Victor Horta (Sint-Gillis) en het ‘Maison d’Enfants Reine Marie-Henriette’, dat kinderen opvangt van 4 tot 14 jaar uit gezinnen in moeilijke situaties en die doorverwezen worden door een rechter.

“De hele idee is om kinderen, jongeren en volwassen uit te nodigen lid te worden van een koor, waar minstens een keer per week gewerkt wordt. Zo leren ze bepaalde gewoontes aan en krijgen ze, beetje bij beetje, een echte muzikale identiteit. Dat gaat veel verder dan gewoon wat muziek maken. Het is de bedoeling dat ze zich die heel bijzondere beleving eigen maken, die structureert en doet openbloeien: zich musicus voelen,” zo staat te lezen op de website van de vzw. Dat is de basisgedachte achter alle Equinox-koren: het koor van Brussel, maar ook dat van Hévillers (Woonvoorziening voor jongeren met gedragsstoornissen), het koor van Louvain La Neuve (school ‘Les Fantastiques ‘ voor jongeren met autisme), het koor van SOS Kinderdorpen van Bujumbura (Burundi) en recent nog het koor van Antwerpen (school Sint-Jan) voor kinderen van nieuwkomers.

Equinox hoopt op termijn interacties tussen de verschillende koren te bewerkstelligen. “Muziek kan kinderen uit alle hoeken van de wereld, met of zonder beperking, samenbrengen,” besluit Laura Wiatr.

↓ Bekijk hieronder de clip van Artiste émoi: ‘La différence, quelle drôle de danse’