Nieuws

Geestelijke gezondheid: het psychiatrisch verzorgingstehuis Titeca breidt uit!

Het Centre Hospitalier Jean Titeca breidt zijn  diensten voor jongeren met psychologische problemen uit. Het centrum heeft twee gebouwen aangekocht voor zijn psychiatrisch verzorgingstehuis en zal dus binnenkort meer plaatsen kunnen bieden en de wachttijden kunnen verminderen die hoog oploopt door de aanhoudende vraag in het Brusselse Gewest. Daarnaast zal het centrum een nieuw therapeutisch project opzetten. Kortom: allemaal goed nieuws voor tieners en hun ouders, die vaak moeite hebben om de juiste hulp te vinden.


Het Centre Hospitalier Jean Titeca (CHJT) had al een psychiatrisch ziekenhuis, twee psychiatrische verzorgingstehuizen en mobiele bijstandsteams in Brussel. Het uitbreidingsproject van het psychiatrische verzorgingstehuis Titeca, dat gevestigd is in een voormalig rusthuis, wordt gesteund door de gewestelijke overheden en zal in 2026 van start gaan. In de tussentijd is er een overeenkomst gesloten om gezinnen die illegaal in het land verblijven het terrein te laten gebruiken voordat de werkzaamheden beginnen.

Het psychiatrisch verzorgingstehuis (PVT)

De twee psychiatrische verzorgingstehuizen van het CHJT zijn actief en staan respectievelijk bekend als PVT Site De Vier Seizoenen en PVT Site Schweitzer. Op hun website klinkt het volgende: ” Het PVT neemt personen op met een gestabiliseerde mentale aandoening die een verzorging behoeven op basis van de principes van de psychosociale re-integratie gekoppeld aan medische en psychiatrische zorgen.  Het verblijf in het PVT kan personen de mogelijkheid bieden om nieuwe vaardigheden te ontwikkelen waardoor een uitgewerkt levensproject rond de bewoner kan worden overwogen, gebaseerd op herstel.

Meer informatie over opnames

Het CHJT in het kort

Het Centre Hospitalier Jean Titeca heeft ondertussen al 160 jaar ervaring in de geestelijke gezondheidszorg en vangt volwassen en adolescente patiënten op, voornamelijk onder forensisch statuut (project UPML), en ook patiënten met ernstige gedragsstoornissen met of zonder agressie (project PTCA) en jeugddelinquenten met psychiatrische stoornissen (project Karibu). Op hun website staat duidelijk vermeld dat die patiënten meestal multidimensionale en complexe psychiatrische problemen vertonen, waarbij psychisch lijden zich voordoet in combinatie met gedrags- en sociale problemen. Het CHJT wil kwalitatieve multidisciplinaire behandelingen in een therapeutisch kader aanbieden die kunnen worden gekwalificeerd als “weldoende” behandelingen. Het streefdoel van Titeca: “een innovatief referentieziekenhuis zijn in de zorg van psychiatrische patiënten, dat gespecialiseerd is in de forensische psychiatrie en aandacht heeft voor zijn medewerkers.”

→ Raadpleeg de website van het CHJT

 

Samuel Walheer

LEES OOK:

 

 

Een memorandum voor kinderrechten in België en de rest van de wereld

Met het oog op de federale, regionale en Europese verkiezingen van 9 juni publiceerde UNICEF België een memorandum op zijn website, dat in samenwerking met een vijftigtal kinderrechtenorganisaties tot stand kwam. Het kreeg de titel “Partij kiezen voor kinderen in België en doorheen de wereld” en bevat aanbevelingen voor de Belgische politieke partijen. De bescherming van de kinderrechten vormen het uitgangspunt van die aanbevelingen. Die rechten worden nog al te vaak ondermijnd, hoewel het net cruciaal is om ze centraal te plaatsen in de prioriteiten. Er komen verschillende thema’s aan bod, zoals armoede, handicap, gezondheid, jeugdhulp en internationale solidariteit.


“We hebben nieuwe verkozenen nodig die de rechten van elk kind beschermen en ervoor opkomen in België en in de wereld. Nu we de 35e verjaardag vieren van het Verdrag inzake de Rechten van het Kind, is het de plicht van politieke beleidsmakers om kinderen en hun gezinnen te beschermen met nood- en kortetermijnmaatregelen, maar ook met structurele, toekomstgerichte oplossingen.” Dat staat in het memorandum (zowel in het Nederlands als in het Frans beschikbaar).

{Persbericht met als titel “Partij kiezen voor kinderen in België en doorheen de wereld. Memorandum van kinderrechtenactoren voor de verkiezingen van juni 2024.”, CODE, KIRECO, UNICEF België.}

Een memorandum voor meer rechten

Het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK), dat ook bekendstaat als het Kinderrechtenverdrag, werd op 20 november 1989 aangenomen door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Dat verdrag bevat de essentiële rechten van kinderen en is momenteel door 197 staten bekrachtigd. België is een van de rijkste landen ter wereld. Toch worden de rechten van vele kinderen er bedreigd of zelfs geschonden. De artikelen van het Kinderrechtenverdrag en de duurzameontwikkelingsdoelstellingen vormen de basis van het memorandum. Kinderen en minderjarige jongeren hebben geen stemrecht in België en worden dus vaak niet gehoord. Toch vormen ze meer dan een vijfde van de Belgische bevolking. Het is dus essentieel om naar hen te luisteren. Om de essentie zo duidelijk mogelijk te brengen, betreft elke thematische fiche in dit document meer dan één van de rechten van het kind.

Sneeuwbaleffect

Voor kinderen is armoede het begin van een parcours vol obstakels. Het beïnvloedt alle aspecten van hun leven: hun toegang tot onderwijs, gezondheidszorg, hobby’s, kinderopvangvoorzieningen, cultuur, enz. Armoede kan al die aspecten van kinderrechten onder druk zetten. Bijna 500.000 kinderen in België lopen een hoog en aanhoudend risico op armoede en zelfs sociale uitsluiting. Te veel kinderen in België zijn ook het slachtoffer van geestelijke gezondheidsproblemen en een ongelijke toegang tot kinderopvangvoorzieningen en onderwijs. Opeenvolgende crises hebben die trends alleen maar versterkt. Bovendien werden de meest kwetsbare kinderen het hardst getroffen, ondanks de hulpmechanismen die zijn opgezet. De huidige prangende kwesties voor kinderen overal ter wereld vormen de basis van de belangrijkste aandachtspunten van het memorandum. Dit zijn er een aantal van:

Handicap

In België gaat 6% van alle leerlingen naar het buitengewoon onderwijs. Dat is niet altijd een keuze. Ons land heeft zelfs het hoogste percentage leerlingen in het buitengewoon onderwijs in Europa. De inclusie van kinderen met een handicap in het reguliere onderwijs is nog lang geen realiteit in België. Kinderrechtenorganisaties pleiten er dan ook voor om alle kinderen en jongeren met een handicap te verwelkomen en te ondersteunen, door te zorgen voor gepaste schoolinfrastructuur, schoolvervoer op maat en geschikte plaatsen waar ze hun vrije tijd kunnen doorbrengen. Kinderen met een handicap weigeren in te schrijven in het reguliere onderwijs is illegaal en sinds 2021 garandeert de Grondwet leerlingen het recht op redelijke aanpassingen.

Gezondheid

Jarenlange studies tonen aan dat er een grote gezondheidsongelijkheid bestaat in België en wijzen op het belang van een betere preventieve geneeskunde. Het is ook bewezen dat kinderen die opgroeien in buurten met een lage sociaaleconomische index het grootste risico lopen op opname in een ziekenhuis, psychiatrische instelling of spoedgevallendienst. Daarnaast is luchtvervuiling een bepalende factor voor de gezondheid van kinderen in België. Luchtvervuiling veroorzaakt jaarlijks meer dan 1.200 vroegtijdige sterfgevallen bij minderjarigen in Europa. Zieke kinderen de juiste zorg bieden is absoluut noodzakelijk. België heeft acht ministers die bevoegd zijn voor de gezondheid. Zij kunnen ervoor zorgen dat alle kinderen en jongeren, ook de meest kwetsbare, gratis toegang hebben tot inclusieve en kwaliteitsvolle gezondheidszorg. Die inspanningen moeten ook gericht zijn op preventie.

Geestelijke gezondheid

Wereldwijd leeft één kind op vier met een ouder die lijdt aan geestelijke gezondheidsproblemen. In België lijdt 16,3% van de 10- tot 19-jarigen aan een gediagnosticeerde geestelijke gezondheidsstoornis. Bovendien is zelfmoord de meest voorkomende doodsoorzaak bij jongeren tussen 15 en 29 jaar. Dat zijn verontrustende cijfers, want het psychologische welzijn van kinderen vormt de basis van hun ontwikkeling. Met een goede geestelijke gezondheid kunnen ze zich harmonieus ontplooien en hun volledige potentieel bereiken. Hoewel de helft van alle geestelijke gezondheidsstoornissen voor de leeftijd van 14 jaar ontstaat, worden kinderen vaak niet gehoord of preventief ondersteund. Veel kinderen weten nog steeds niet bij wie ze terechtkunnen als ze zich slecht voelen. Ze kennen niet altijd de beste manier om gepaste hulp te vinden. En als ze die vinden, raken ze vaak ontmoedigd door het gebrek aan een luisterend oor of het lange wachten. Investeren in de preventie van geestelijke gezondheidsproblemen is dus een prioriteit. Geestelijke gezondheid is immers sectoroverschrijdend en heeft ook een invloed op onderwijs, hobby’s, jeugdhulp, enz..

Jeugdhulp

De hele jeugdhulpsector is ontwikkeld om kinderen in ernstige moeilijkheden te beschermen. Het doel is die kinderen te ondersteunen en altijd de voorkeur te geven aan vrijwillige, of overeengekomen, hulp boven gedwongen hulp. Wanneer een gezinssituatie te onstabiel of schadelijk is of een onmiddellijk gevaar vormt voor een kind, kunnen de gerechtelijke of administratieve autoriteiten een kind uit zijn of haar leefomgeving halen en het in een gemeenschapsvoorziening of bij een pleeggezin plaatsen. De jeugdhulpsector staat met veel kinderen in contact. In 2021 ontvingen of vroegen net geen 100.000 kinderen hulp van die sector: 56.000 in Vlaanderen en 42 000 aan Franstalige kant. Daarnaast zijn bijna 8.000 kinderen bij een pleeggezin of in een instelling geplaatst. De redenen zijn divers: ouders die het moeilijk hebben om hun ouderlijke rol te vervullen of persoonlijke problemen ervaren, relatieproblemen tussen volwassenen in het gezin, moeilijkheden die het kind zelf ervaart, mishandeling, slechte levensomstandigheden, enz.

Geweld

Kinderen en jongeren hebben het recht om beschermd te worden tegen alle vormen van geweld. Dat recht, dat in steen zou moeten worden gebeiteld om volwassenen voortdurend te herinneren aan hun verantwoordelijkheid, wordt nochtans niet altijd nageleefd. Geweld tegen kinderen is nog lang niet uitgebannen. Dat kan verschillende vormen aannemen: fysiek, psychologisch of seksueel. Kinderen zijn soms ook het slachtoffer van verwaarlozing door volwassenen, hun eigen familie of instellingen. Dat geweld is altijd onaanvaardbaar en schendt de rechten van kinderen. Sommige vormen van geweld zijn zeer wijdverbreid. Op school krijgen kinderen bijvoorbeeld vaak dagelijks te maken met pesterijen. Er is ook “opvoedkundig” geweld, dat soms als normaal wordt beschouwd. Zogenaamd gangbaar opvoedkundig geweld is fysiek, psychologisch of verbaal geweld dat wordt gebruikt voor vermeende educatieve doeleinden.

Internationale solidariteit

De afgelopen jaren zijn voor iedereen overal ter wereld uitzonderlijk moeilijk geweest. Kinderen worden hard getroffen door de grote voorbije en huidige crises. Die maken de sowieso al ernstige gevolgen van armoede nog erger voor kinderen en gezinnen in landen waar de sociale bescherming ontoereikend of onbestaand is. Veel mensen bevinden zich in die situatie. In 2020 zijn meer dan 70 miljoen mensen in extreme armoede beland, wat hun totaal op 700 miljoen heeft gebracht. De allerjongsten voelen economische en sociale schokken het meest. Kinderen hebben twee keer zoveel kans om in extreme armoede te leven als volwassenen. Bovenop financiële armoede komt nog multidimensionale armoede, wat inhoudt dat een miljard kinderen geen toegang hebben tot onderwijs, gezondheidszorg, huisvesting of water. Door de pandemie steeg hun aantal met 15%. Toegang tot onderwijs is nochtans een van de belangrijkste hefbomen om kinderen uit armoede te halen. Hoewel er vooruitgang is, gaan wereldwijd nog steeds 244 miljoen kinderen niet naar school, vooral in Sub-Sahara Afrika, waar 98 miljoen kinderen elke dag hun recht op onderwijs wordt ontzegd.

 

Klik hier om het memorandum te downloaden.

 

LEES OOK :

Wereld Autisme Dag: zinvolle initiatieven!

Op 2 april is het Wereld Autisme Dag: de perfecte gelegenheid voor het team van Hospichild om te praten over zijn initiatieven voor het nieuwe jaar. Dat zijn er een heleboel, want veel mensen lijden aan deze stoornis. Uit een recente studie van de vzw gezondheidenwetenschap.be blijkt dat ASS (autismespectrumstoornis) wereldwijd gemiddeld 62 op 10.000 mensen treft (of 1 op 161 geboorten). In België komt dat neer op ongeveer 75.000 mensen. Voor deze 17e editie worden wereldwijd en in België verschillende projecten opgestart en acties ondernomen.


De Algemene Vergadering van de Verenigde Naties heeft in 2007 2 april uitgeroepen tot Wereld Autisme Dag. Op die dag willen ze de verwezenlijking van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden van mensen met autisme bevestigen en bevorderen. Sindsdien hebben veel instellingen actief campagne gevoerd om de zorg te verbeteren voor mensen met een autismespectrumstoornis (ASS), wat een neurologische ontwikkelingsstoornis is of, met andere woorden, een ongeneeslijke ziekte die de structurele ontwikkeling van de hersenen beïnvloedt.

De APPI-unit van het UKZKF vernieuwt zichzelf

De APPI-unit (Autisme Prise en charge Précoce Individualisée (Autisme Vroegtijdige Individuele Zorg)) in het Kinderziekenhuis (UKZKF) is een eenheid voor kinderen tussen 18 maanden en 4 jaar die in Brussel wonen en bij wie een autismespectrumstoornis (ASS) is vastgesteld. Naast de therapeutische methoden die ze dagelijks gebruikt – ESDM, ABA, TEACCH en PECS, gebaseerd op de principes van relaties, leren en communicatie – ontwikkelde de APPI-eenheid een vernieuwde visie. De eenheid biedt daarom nu een alomvattende benadering die gericht is op zowel het kind als de ouders en bestaat uit drie onderdelen: een psycho-educatieve module, een IN-programma en een IN/OUT-programma.

→ Lees meer over de alomvattende benadering: de APPI-unit

Coaching door Family Friendly

Family Friendly pour l’autisme werd opgericht door twee logopedisten gespecialiseerd in autismespectrumstoornissen (ASS), Françoise Poncin en Diane Sudreau, en biedt coachingworkshops aan voor gezinnen. “Ouders staan centraal in onze interventies, onze praktijk en onze opleidingen, want klinisch en wetenschappelijk onderzoek benadrukt de centrale rol van ouders en hun omgeving als bron van ontwikkeling voor kinderen met ASS. Het is daarom belangrijk om hun opvoedingsvaardigheden te versterken en tegemoet te komen aan de behoeften van gezinnen”, vertellen ze tijdens hun presentatievideo.

→ Bekijk die video hier: Family Friendly

“Nos Pilifs”, geen gewoon centrum

In Neder-Over-Heembeek bevindt zich La Ferme Nos Pilifs, een beschutte werkplaats waar maar liefst 145 mensen met een beperking werken en 40 omkaderende medewerkers. Nos Pilifs is ook een school voor kinderen met autismespectrumstoornissen (ASS) en een centrum voor ambulante revalidatie (CAR). De vereniging staat momenteel in de kijker omdat haar kindercentrum binnenkort een nieuwe ruimte krijgt die plaats biedt aan ongeveer 70 kleuter- en basisschoolleerlingen. Die ruimte komt recht tegenover La Ferme Nos Pilifs te liggen, wat de synergie tussen de twee instellingen vergemakkelijkt. De opening is gepland voor de zomer 2026.

→ Meer weten of in contact komen met Nos Pilifs? Raadpleeg hun website hier.

De GAMP, vastberaden!

De GAMP werd opgericht in 2005 en komt nog steeds op voor de rechten van personen met een handicap met ernstige zorgbehoeften, waaronder aangepaste zorg, gespecialiseerde hulp en sociale inclusie. Hier zijn enkele van de komende evenementen die de vzw organiseert of ondersteunt voor mensen met een autismespectrumstoornis (informatie alleen beschikbaar in het Frans):

→ een jaarlijks colloquium van het Institut Lallemand en de tentoonstelling door Florin Popa met foto’s van het project “Autism Stories”;

→ een informatieochtend over autisme met spreekuur voor ouders;

“Rendez-vous bleus” in het Théâtre des Martyrs.

Het CEAN, de weg naar een diagnose

Het Centre d’Evaluation de Namur, een referentiecentrum voor de diagnose van autisme werd geopend in 2022 en ligt naast het multidisciplinaire neuropediatrische referentiecentrum (CNM) in Namen. Het centrum is bedoeld voor kinderen van 0 tot 18 jaar die vermoedelijk een autismespectrumstoornis hebben. Sinds vorige maand is de omgeving van het centrum gemoderniseerd en aangepast. Het nieuwe gebouw in Namen huisvest nu een administratief kantoor, een grote wachtkamer en consultatieruimten voor de verschillende therapeuten die bij het CEAN werken. Die ruimten zijn ontworpen met zo weinig mogelijk visuele prikkels (muren zonder kaders, foto’s …, gedempt licht, pictogrammen in hulptaal, enz.)

→ Raadpleeg hier de presentatiefiche van het CEAN

Autism Europe, een speciale editie

Ter gelegenheid van de speciale editie voor zijn 40-jarig bestaan postte Autism Europe het volgende op zijn webpagina: “Deze jubileumeditie is een gelegenheid om na te denken over de vooruitgang die we hebben geboekt sinds onze oprichting in 1983, maar ook over de uitdagingen die nog voor ons liggen We moeten ervoor zorgen dat de rechten van mensen met autisme volledig worden verwezenlijkt en dat elke persoon met autisme zich gewaardeerd, gerespecteerd en opgenomen voelt in de samenleving.”

→ Hier vind je de jubileumeditie.

Een wereldwijd evenement dat je niet mag missen!

“Vandaag, 17 jaar later, zijn we verder gegaan dan alleen maar inzetten op bewustmaking. We willen ervoor zorgen dat mensen met autisme volledig worden aanvaard en gewaardeerd, en dat hun vele bijdragen aan de samenleving naar waarde worden geschat. Tijdens de viering van 2024 zal voor het eerst een echt wereldwijd overzicht worden gegeven van de situatie, vanuit het perspectief van mensen met autisme zelf”, klinkt het op website van de Verenigde Naties.

→ Woon het evenement bij op dinsdag 2 april van 10.00 tot 13.00 uur (New Yorkse tijd):  “World Autism Awareness Day”

 

Samuel Walheer

LEES OOK :

Pediatrische kanker: vanaf 2027 zal België drie referentiecentra hebben in plaats van zeven

De Ministerraad heeft zopas een hervorming van de pediatrische kankerzorg goedgekeurd: vanaf 2027 zullen er in België niet langer zeven, maar drie referentiecentra zijn (met satellietcentra om de toegankelijkheid te garanderen). Dat is goed nieuws voor de sector, want zo kan de expertise op dit gebied worden geconcentreerd en kunnen jonge patiënten beter worden verzorgd.

“Betere zorg voor jonge kankerpatiënten dankzij geconcentreerde expertise en middelen”, verklaarde minister Frank Vandenbroucke in een persbericht op maandag 25 maart. Op afgelopen ministerraad werd het koninklijk besluit goedgekeurd dat de normen bepaalt waaraan het gespecialiseerd zorgprogramma voor kinderkanker zal moeten voldoen in een ziekenhuis. Ook werden de erkenningsvoorwaarden voor de satellietzorgprogramma’s voor kinderkanker vastgelegd. Deze beslissingen volgen op wetenschappelijk onderzoek dat aantoont dat gerichte concentratie van kinderkanker de kwaliteit van de zorg verhoogt. Wie de erkenning zal krijgen, en waar deze bijgevolg geconcentreerd zal worden moet nog bepaald worden door de deelstaten. Wie de erkenning zal krijgen, en waar deze bijgevolg geconcentreerd zal worden moet nog bepaald worden door de deelstaten. De oncologen stellen twee Nederlandstalige en een Franstalige referentiecentrum voor.

{Persbericht van het kabinet van minister Frank Vandenbroucke}

Minder centra voor betere zorg

Om ervoor te zorgen dat kinderen met kanker de best mogelijke behandeling krijgen, worden in de toekomst een beperkt aantal gespecialiseerde referentiecentra voor pediatrische hemato-oncologie aangeduid. Deze zijn verantwoordelijk voor het opstellen van het individueel behandelplan van elk kind en worden exclusief bevoegd voor het uitvoeren van de complexe behandelingen die daarin worden voorzien. Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke is opgetogen: “Door expertise en middelen te bundelen, én tegelijk maximaal rekening te houden met waar de kinderen wonen, kunnen we de beste zorg garanderen. We doen dit in het belang van alle jonge kankerpatiëntjes.”

Een verzoek van de oncologen zelf

De expertise en de ervaring van een multidisciplinair team – breder dan enkel de kinderoncoloog – is voor complexe en zeldzame aandoeningen, zoals kinderkankers, cruciaal. Niet alleen voor kinderkankers maar voor verschillende oncologische aandoeningen is de relatie tussen het aantal behandelingen en het resultaat van zorg afdoende aangetoond in publicaties in gespecialiseerde medische tijdschriften. Een groot aantal patiënten en dus veel ervaring als ziekenhuis maken het verschil als het gaat over een kinderleven.

Drie ziekenhuizen in plaats van zeven

Jaarlijks worden in België ongeveer 400 kinderen geconfronteerd met kanker. Om hen de beste mogelijke zorg te kunnen geven zal de expertise gebundeld worden in een beperkt aantal referentiecentra (gespecialiseerd zorgprogramma voor pediatrische hemato-oncologie) die in zullen staan voor de diagnose, het multidisciplinaire consult (met daarin de oncoloog, maar ook pediater, en andere zorgverleners betrokken bij de zorg voor het kind…), en het opstellen van een behandelplan. Beenmergtransplantaties, oncologische chirurgie of andere complexe behandelingen worden ook daar geconcentreerd. Om erkend te worden als referentiecentra moet men minimum 100 nieuwe gevallen per jaar behandelen. Dit aantal wordt aanbevolen door de European Reference Network voor pediatrische oncologie. ​ ​

Satellietcentra om toegankelijkheid te garanderen

Belangrijk is dat om de zorg voor kinderen zoveel mogelijk dicht bij huis te houden, ook voorzien wordt dat deze referentiecentra verbonden zijn met satellietcentra die op hun beurt moeten voldoen aan duidelijk vastgelegde normen en op basis daarvan door de deelstaten worden aangeduid. Daar kan een jonge kankerpatiënt terecht voor delen van de behandeling zoals voor chemotherapie, revalidatie of in het slechtste geval de palliatieve zorgen. Voor het grootste deel van de ziekte kan het kind met het gezin dus dichter bij huis terecht. Bovendien moet alle chemo niet meer per sé in een ziekenhuis gebeuren bij kinderen. Een minimumaantal toedieningen gebeurt in een (satelliet)centrum. De rest kan tegenwoordig ook thuis.

Naar beter onderzoek en nieuwe innovatieve behandelingen

Een gelijkaardige hervorming gebeurde al in 2019 in België voor pancreaskanker. De mortaliteit op 90 dagen na de ingreep was, gemiddeld over 4 jaar, 7,3 procent. Ze is gedaald tot 5,1 procent, gemiddeld over 4 jaar, en zelfs tot 3,7 procent als we enkel naar het laatste jaar kijken. In Nederland werden in 2021 556 kinderen (0-18 jaar) gediagnosticeerd met kanker. 10 jaar geleden werd beslist om de diagnostiek en complexe behandelingen te concentreren in 1 nationaal referentiecentrum voor kinderoncologie: het Princes Máxima Centrum in Utrecht. Het begon met de concentratie van heelkunde van soliede extracraniële tumoren, en is sinds 2018 uitgebreid naar alle kinderoncologische aandoeningen. Sindsdien ervaren ze er minder chirurgische complicaties en minder opnames op de Intensive Care. Door de concentratie is het ziekenhuis aantrekkelijk voor nationaal en internationaal talent. Er kan beter onderzoek gevoerd worden naar kinderkankers en nieuwe innovatieve behandelingen worden sneller ingevoerd. Maar vooral; de levenskwaliteit van de kinderen gaat er sneller terug op vooruit.

Concentratie geen doel op zich. Wél de gezondheid van het kind

“Concentreren van zorg is geen doel op zich. Je moet fijnmazig en wetenschappelijk kijken voor welke aandoening dit de patiënt ten goede komt. En vervolgens moet je nagaan op welke manier dit best gebeurt. Je moet de zorg concentreren waar nodig, en dicht bij de patiënt waar mogelijk. Je moet samenwerken rond en met de patiënt, en elkaar niet tegenwerken vanuit eigen belangen”, zegt Frank Vandenbroucke, die al heeft aangekondigd dat deze maatregel op 1 januari 2027 van kracht wordt.

 

LEES OOK:

Eindelijk een eerlijke vergoeding voor logopediesessies!

Een overwinning voor de gehandicaptensector: logopediesessies worden eindelijk gelijk vergoed voor kinderen met een verstandelijke beperking! Deze beslissing, waar ouderverenigingen en vele professionals al jaren naar uitkijken, volgt op een open brief die op 6 maart – de Europese Dag van de Logopedie – naar de minister van Volksgezondheid, Frank Vandenbroucke, werd gestuurd. Het doel van de brief was om hem voor de zoveelste keer duidelijk te maken dat het niet normaal is dat de kosten voor ambulante logopedie genegeerd worden als het kind een IQ lager dan 86 heeft of gediagnosticeerd is met een stoornis in het autistisch spectrum. Tot grote opluchting van de sector zijn deze discriminerende factoren nu verwijderd!

Er wordt al jaren gevraagd om een eerlijke vergoeding voor logopediesessies. Al in 2021 protesteerden auteurs en lanceerden ze een tekstschrijfactie om hun stem te laten horen. In mei 2022 werd een demonstratie gehouden om te protesteren tegen het Federaal Actieplan Gehandicapten 2021-2024, dat nog steeds geen verbeteringen op dit gebied voorzag. Dit jaar stuurden niet minder dan 250 verenigingen, gesteund door meer dan 5.000 handtekeningen, een open brief naar de bevoegde autoriteiten. Als antwoord kondigde de minister van Volksgezondheid aan dat hij tegen april met een nota zou komen. De nota, die iets te vroeg kwam, werd een beter dan verwachte beslissing: logopediesessies zullen eindelijk eerlijk vergoed worden!

Akkoord over logopedie!

Na jarenlang aarzelen heeft de federale regering eindelijk een oplossing gevonden voor de toegang tot logopedie voor kinderen met een verstandelijke beperking. Concreet betekent dit dat alle kinderen tot 30 juni 2025 toegang zullen hebben tot ééndisciplinaire logopediesessies, ongeacht hun IQ, op voorschrift van een huisarts. Vanaf 1 juli 2025 worden kinderen met een IQ lager dan 70 beoordeeld in een ambulant revalidatiecentrum (CRA) om te bepalen of ze multidisciplinaire ondersteuning en/of vergoede logopediesessies nodig hebben. Vóór deze datum is de minister van Volksgezondheid gevraagd een studie uit te voeren om de criteria voor toegang tot eendisciplinaire logopedie vast te stellen.

Meer dan zomaar een open brief: een daad van burgerzin

Dit is een grote opluchting voor verenigingen, zowel Franstalig als Nederlandstalig, in alle vier hoeken van België, die voortdurend hun stem hebben verheven. Een van de verenigingen die zeer actief is op dit gebied en het initiatief heeft genomen om deze open brief te schrijven, is de Franstalige vzw Inclusion. Een (vertaald) fragment uit die brief: “Om meerdere keren per week logopedie te volgen, is flexibiliteit noodzakelijk en die kan alleen worden geboden door monodisciplinaire logopedie. Er kan echter voorzien worden in systemen die elkaar aanvullen, bijvoorbeeld multidisciplinaire beoordeling en opvolging aan de ene kant, en meer regelmatige opvolging via monodisciplinaire verstrekkingen aan de andere kant. Deze gezamenlijke actie is een oproep aan politici om een menselijke aanpak te hanteren, zodat de betrokken kinderen onder de best mogelijke omstandigheden logopedie kunnen volgen en hun vaardigheden kunnen verbeteren. “

→ Lees de volledige Franstalige open brief: Open brief aan Frank Vandenbroucke

“Logopedie, ongeacht het IQ”

Een aantal korte video’s met de slogan “De la logopédie, peu importe le QI” (“Logopedie, ongeacht het IQ”) werden vier jaar geleden gedeeld op sociale netwerken en zijn nog steeds veelzeggend! Zij zijn nu het verslag van deze niet aflatende strijd om de vergoeding van logopediesessies niet langer te berekenen op basis van een IQ-testcijfer. Catherine Fonck stelt zich echter vragen bij die IQ-test. “Het is zeer moeilijk om het IQ van een kind te bepalen. Je kan de test drie keer afnemen op drie verschillende dagen en je zal telkens een ander resultaat krijgen door verschillende factoren, zoals de omstandigheden, de vermoeidheid van het kind, enz. De uitdaging is dus om deze gezinnen niet te discrimineren op basis van het IQ, aangezien het op geen enkele manier de taalverwerving van het kind kan voorspellen. En alles wat we nu niet doen, zal zich de komende decennia zuur opbreken op educatief en sociaal niveau. “

↓ Getuigenis van de mama van Juliette, een vierjarig meisje met het downsyndroom 

“Dit was een democratische staat onwaardig”

Het onbegrip van ouders, verenigingen en andere betrokkenen heeft geleid tot een terecht verzet via discussies en acties om op te komen voor deze kinderen. Want, volgens Bernand Devos, voormalig algemeen afgevaardigde voor de rechten van het kind, was dit criterium van een IQ van 86 – dat willekeurig werd vastgelegd door het RIZIV – namelijk vier jaar geleden ook al discriminerend en onlogisch. Zo benadrukt hij het volgende: “Door dit willekeurige cijfer wordt verondersteld dat kinderen die niet goed scoren op de IQ-test, kinderen zijn met taal- en gedragsproblemen.” Thomas Dabeux van de vzw Inclusion wijst er ook op dat dit onmiskenbare financiële problemen in de hand werkt: “Alleen gezinnen die over veel middelen beschikken, kunnen het zich veroorloven om logopediesessies te betalen zonder terugbetaling – we spreken over 200 tot 300 euro per maand – terwijl anderen gedwongen worden om ermee te stoppen, wat op zijn beurt het risico vergroot dat ze de kansen van hun kinderen op inclusie in de toekomst belemmeren. “

Tekst : Samuel Walheer

 

LEES OOK :